Toen ik het schilderij
”AANGESPOELD” van Hans
zag met de mier in een goudgeel ovaal, moest ik
meteen denken aan het klompje barnsteen dat ik
tijdens een vakantie aan de Oostzee op het
strand vond. Het wordt ook wel Amber genoemd,
een naam die ik eigenlijk poëtischer vind en die
ook als meisjesnaam bekend is. Amber is het
tientallen miljoenen jaren oude fossiele hars
van prehistorische naaldbomen. Het werd al vroeg
voor de eerste bewoners rond de Oostzee ontdekt
als waardevol, makkelijk te bewerken materiaal
voor siervoorwerpen en omdat het bij wrijving
lekker ruikt als vermeend wondermiddel tegen
allerlei kwalen. Toen de Vikingen zo’n 2000 jaar
voor Chr. via allerlei omwegen handel gingen
drijven met Zuid Europa was dit hun ruilmiddel
voormetaal dat men in Noord Europa nog niet
kende. De Grieken en Romeinen waren op hun
beurt verrukt over het goudkleurige amber en
kunstenaars sneden er de mooiste mini
kunstwerkjes uit. Het werd daarom en om de kleur
ook wel Vikinggoud genoemd en was in een
bepaalde periode kostbaarder dan goud.
In het klompje dat ik heb gevonden, zitten de
resten van een insect opgesloten, iets dat vaker
voorkomt. De beestjes zijn ooit aan de kleverige
hars blijven plakken en zo geconserveerd.
AANGESPOELD
Dwalend langs het Oostzeestrand
zie ik wat glimmen in het zand.
Een kleine honinggele steen,
je kijkt er bijna dwars doorheen.
Fossiele hars van spar of den
waarmee ik in mijn nopjes ben.
Het is miljoenen jaren oud
’t Is amber ook wel Vikinggoud.
In het klontje zit een dier.
Het zijn de resten van een mier
die door de kleefstof werd verrast
toen hij omhoog kroop langs de bast?
Niet alles op het strand is troep
of maakt deel uit van de plasticsoep.
Wandelend langs de Oostzeekust
kun je amber vinden, maar ook rust.