DE BROEIERD



 




De Broeierd aan de Hengeloschestraat, ca 1950..
 

 





Fietsend langs de Twentse wegen, kom je zo van alles tegen en als we dan moe, stoffig en dorstig werden, was er altijd nog wel ergens een pleisterplaats waar we even bij konden bijtanken. Een van de oudste uitspanningen was b.v. “De Broeierd”, wie kent het niet.
Zelf ben ik er een paar keer voor een ‘brulft’ geweest.
Ik heb me wat in de geschiedenis verdiept en zal dit vandaag, in das Wort zum Sonntag, zo goed mogelijk trachten weer te geven…


DE BROEIERD
Aan de drukke Hengelosestraat ligt een van de oudste herbergen van Twente die al dateert uit het jaar 1831.
Voorheen was de Broeierd een boerderij op de heide tussen de marken Twekkelo en Driene en lag het niet aan een doorgaande weg. Tussen 1800 en 1822 is met de aanleg van de Hengeloscheweg (de huidige Hengelosestraat) begonnen. Deze was vroeger een zandpad die veel smaller was en later pas verhard werd. Ook liep de weg niet rechttoe rechtaan naar Hengelo maar werd pas later rechtgetrokken. Daardoor kwam de boerderij langs de doorgaande weg te liggen en konden reizigers er even uitrusten en een borreltje drinken. 
De boerderij groeide uit tot een echte herberg die ‘Het Rustend Hert’ werd genoemd omdat er ooit een hert dwars door het raam gesprongen zou zijn. De barbier knipte er niet alleen de haren van de boer maar als het nodig was ook dat van de reizigers. Het verhaal gaat dat er een reiziger was die zulk stug haar had dat de barbier dit bijna niet knippen kon. Het kon daarom beter af gebroeid worden net als de rug van varkens na de slacht. In de volksmond ontstond zo de naam ‘n Breuierd, wat later is verbasterd naar De Broeierd.

                     
                                                       
 interieur van De Broeierd in 1960

De herberg stond bekend als een der  aangenaamste pleisterplaatsen voor vermoeide reizigers. In de gelagkamer kwamen allerlei lieden, kunstschilders, kooplieden en vrachtrijders uit Friesland en Groningen die na lange en vermoeide tochten over stoffige wegen er hun benen strekten en hun dorst lesten met een koel glas bier. Vaak bleven de voerlui overnachten, maar niet in luxueuze bedden, zij legden zich neer op hooi. De paarden en de wagens werden in de schuur gestald. De volgende morgen stonden de voerlui vroeg op om verder te trekken met hun vrachten. Bij het Tolhuis dat  in die tijd tegenover de herberg stond, (waar nu de Bosweg op de Hengelosestraat uitkomt), betaalde men aan tolheffing in 1839 voor een paard of koe 1½  cent en voor een kar op wielen 5 cent.
‘De Broeierd’ was vroeger voor vele doeleinden een geliefde pleisterplaats. Niet alleen voor mensen uit Enschede die de Hengelose kermis hadden bezocht maar ook een stopplaats tijdens fietstochten en einddoel voor menig schoolreisje, waarbij de kinderen met een Jan Plezier naar de speeltuin werden gebracht. I
n de wijde omgeving overbekend als café-restaurant met grote speeltuin en favoriet bij kinderfeestjes
 De Broeierd had 5 generaties Lutje Schipholt als pachters (1787-1989) die het boerenbestaan hadden gecombineerd met herbergierschap en 5 generaties Van Heek als eigenaar.  

Tegenwoordig is De Broeierd een comfortabel Hotel-Restaurant/Bistro waar het goed toeven is.
Ik denk dat ik er vandaag ook maar even m’n benen strek.
'Mear van miene hoar blieft ze of!!' 


 

 





 

 




De Broeierd - ca 1960..
 

 




Tegenwoordig een Hampshire Hotel - ca 2018..