Door de grote toestroom van arbeiders van buiten
de regio naar de textielindustrie, heerste er
aan het eind van de 19e eeuw grote woningnood in
de stad. Mensen die een paar centen te besteden
hadden, sprongen hier handig op in door in de
gemeente Lonneker een lapje boerengrond te kopen
en er een rijtje huurwoningen op te zetten. Ook
boeren zelf zagen hierin een leuke
bijverdienste. Regels waren er nauwelijks en men
kon de huizen
plaatsen waar men wilde. Het mooiste was
natuurlijk zo dicht mogelijk bij een bestaande
straat. Omdat deze vaak al vol waren, zette men
de woningen er dwars op waarbij een klein
voetpad vanaf die straat naar de huizen leidde.
Deze paden met bijnamen als ’n Tuk, Weg langs de
huus van Spits of Kiek in ‘t gat werden, nadat
er meer woningen bij kwamen in de loop der jaren
ook straatjes die vaak de naam dwarsstraat
kregen. We kenden bijvoorbeeld twee Hengelosche
dwarsstraten, een Deurninger dwarsstraat, een
Gronausche dwarsstraat enz. Later kregen de
meeste van deze dwarsstraten andere namen maar
er bestaan er nog een paar zoals de
Goormaatdwarsweg en de Wagelerdwarsstraat. Er
kwam zelfs een nieuwe bij in 1993;de
Brammelerdwarsstraat.
De gemeente wilde
uiteraard een einde maken aan deze wildgroei en
op 9 oktober 1896 werd de gemeentelijke
bouwverordening van 1895 in Enschede sterk
gewijzigd en aangepast aan de moderne tijd.
Voorschriften voor hygiëne, rooilijnen enz.
waren toen al veel strenger dan de landelijke
woningwet die pas in 1902 van kracht werd. Deze
voorschriften en de strenge naleving en
handhaving daarvan maakten dat Enschede wat
kwaliteit van behuizing voor arbeiders betreft,
ver boven andere industriesteden uitstak.
Dat er steng
gehandhaafd werd, ondervond investeerder E.
Dalenoord die in 1898 de regels aan zijn laars
lapte en achttien arbeiderswoningen aan de het
Gronausche Voetpad en de Kneedweg liet bouwen
zonder rekening te houden met de voorgeschreven
rooilijn. De gemeente reageerde meteen en deed
hem een proces aan dat Dalenoord verloor. Hij
dacht er nog mee weg te komen door zo snel
mogelijk te zorgen voor huurders om zo de
gemeente voor het blok te zetten, maar had niet
gerekend op de doortastendheid van Enschedees
nieuwe burgemeester Edo Bergsma die voordat
Dalenoord zijn snode plannen ten uitvoer kon
brengen de woningen tot aan de rooilijn liet
afbreken zodat ze onbewoonbaar en waardeloos
werden. Dalenoord accepteerde zijn nederlaag
niet en procedeerde verder maar kreeg geen poot
aan de grond. Twee jaar lang bleven de halve
woningen, die inmiddels “de ruïnes van
Dalenoord” waren gaan heten, nog overeind toen
maakte de slopershamer de aspiraties van
Dalenoord en de panden met de grond gelijk………
Op de foto worden
de panden door de gemeente tot aan de rooilijn
gesloopt hetgeen natuurlijk veel bekijks trok.