DECEMBERNIEUWS 2022
 

 

 





LIED



Niet alleen Sinterklaas of de Kerstman kunnen mooie wensen in vervulling doen gaan. Wanneer je er maar met heel je hart naar verlangt, worden ze soms op wonderbaarlijke wijze werkelijkheid.

Dat gebeurt ook in het liedje dat Mini uit haar platenrekje opdook, weliswaar geen kerstliedje,
maar toch……………….




Luister en kijk mee bij;
NOSTALGIE"


En… heb je nu zelf een zanger of hit uit je tienertijd die nog eens graag wilt horen en met ons delen?....


Bel of mail het door naar Mini dan gaan we er voor een volgend “OALD NIE’JS” mee aan de slag.





 

 





DE MAAN


 De mensheid voelt zich zolang ze bestaat al aangetrokken door de maan. De planeet werd als een god beschouwd die allerlei invloeden op de mens had, vooral de volle maan en in tegenstelling tot de zon kon je er naar kijken zonder last van je ogen te krijgen. Men zag in de ronde bal dan ook allerlei figuren en gezichten. De meest bekende is het mannetje in de maan. Hierover bestaan vele legenden die in principe op hetzelfde neerkomen, een man werd gestraft omdat hij heilige zaken aan zijn laars had gelapt. In deze versie is het een eigenzinnige boer, maar ook de bisschop van Münster, alias Bommenberend of Bearnke den koodeef zou vanwege zijn plunderingen in Twente voor eeuwig naar de maan zijn verbannen.

 

 

 

 

 






MANNETJE IN DE MAAN                                                  

                         
In oeroude tijden toen kerstmis nog niet bestond, vierden onze verre voorouders de zogenaamde “hillige nacht” of ook wel zonnewende genoemd, de langste nacht waarna de dagen weer langer werden en de zon terugkeerde. Het was een nacht waar de winterdemonen nog rondwaarden en er nog van allerlei onheil kon gebeuren. De meeste mensen waagden zich dan ook niet buiten en kropen dicht op elkaar bij het open vuur….. Zoals altijd waren er uitzonderingen. Zo trok een eigenwijze boer het bos in om hout te sprokkelen.                     
Hij had al een flinke bos verzamelt die hij op zijn rug droeg toen hij aan het hol van de witte wieven voorbij kwam. Een van de wieven had hem gezien, kwam naar buiten en vroeg de boer op scherpe toon of hij wel goed wijs was om op hillige nacht hout te gaan sprokkelen… De boer antwoordde brutaal: “woar bemeui ie oe met, oald wief, wat kan mie hiliege nacht verekk’n” waarna hij stug doorliep. Hij had hiermee het witte wief kwaad gemaakt en die prevelde een paar toverspreuken waarop de boer stokstijf bleef staan en zich niet meer kon bewegen. Hij vloekte en tierde van woede. Het wief waarschuwde hem dat de wraak van de goden vreselijk zou zijn wanneer hij zijn gescheld en heiligschennis niet voor zich hield.
De boer was echter niet stil te krijgen, het wief riep oppergod Wodan aan en toen gebeurde er iets wonderlijks… De donkere  wolken verdwenen en opeens verscheen een fel schijnende volle maan, een bliksemschicht knetterde door de lucht, trof de boer en schoot hem in een keer met bos hout en al voor altijd naar de maan.

Op heldere nachten kun je hem gebogen zien staan op de volle maan met zijn bos hout op de rug..            
                                                                

                                                                                                          
   
  

                                                                                                                                 
                                                                               
                                                       
 

 

 

 

 

 

 

 

 

 




                                                                                                                                          
KOFFIE  MET  GEBAK 


Het zijn dure tijden en menigeen zal zich achter oren krabben over hoe hij of zij met de feestdagen toch nog wat lekkers op tafel kan zetten en dan vooral bij een behaaglijke temperatuur.
Lieve vrienden het hoeft niet altijd kaviaar of champagne te zijn bij 22 graden.
Denken we maar eens aan onze eigen jeugd, een karbonade of een kippenpoot was al een hele luxe waarbij de haard in de voorkamer, die alleen op zon en feestdagen aangestoken werd, het lekker warm hield. Dat zien we ook in de oude reclameboodschappen zoals hierbij afgebeeld. Geen kostbare wijnen of bijzonder gebak… nee, gewoon een heerlijke bak koffie en een taart waarvoor je nog zegeltjes moest sparen.
Kerstsfeer schep je niet met luxe, maar met liefde en aandacht voor elkaar.


 
                                                                               

 

 

 
 

 

 

 

 

 

 

 

 

WINTER  WONDERLAND

 





 

 




Winter Wonderland

Het winterfestijn komt weer terug in Enschede en vindt dit jaar plaats van 9 december t/m 8 januari 2023 en zal de ijsbaan op de Oude Markt, na 2 jaar afwezigheid, weer schitteren.
De binnenstad is sfeervol verlicht, we kunnen weer schaatsen op de Oude Markt, de Stadsherberg komt terug en overal kom je verrassingen in kerstsfeer tegen: van de romantische Long Lane of Love in de Langestraat tot een lieflijke rendierfamilie met arrenslee.
De volledig overdekte en sfeervol aangeklede ijsbaan is voorzien van alle faciliteiten en een gezellig schaatscafé met een uitgebreid aanbod van eten en drinken. Ideaal voor een kerstborrel, eindejaar afsluiting, Nieuwjaarsborrel of een kind(verjaardags)feestje

'Walking in a Winter Wonderland...'
De kersthit komt dit jaar in de decembermaand weer tot leven in Enschede. Ook al dalen de temperaturen onder het vriespunt, van vrijdag 9 december t/m zondag 8 januari 2023 laat de binnenstad zich van haar warmste kant zien.


Overgenomen van;  
 https://enschedepromotie.nl

  


 

 

 

 





DE KINDERKOPJES    


Gerrit vertelt één van zijn verhalen uit zijn jeugd......




 


 

 

 

 




 
 

 



 



DE KINDERKOPJES VAN DE KORTESTRAAT


Een compromitterende foto van mijn persoon uit de jaren vijftig terwijl ik word opgebracht door een agent van politie. Ik had uit de boomgaard van de pastoor enkele pruimen ontvreemd en werd daarbij op heterdaad door de kapelaan betrapt.
Omdat ik niet katholiek was en dus niet direct “lijfelijk” door de pastoor of via de biechtstoel en enige Weesgegroetjes kon worden gestraft, werd de politie gebeld en moest ik mee naar het bureau waar ik een fikse uitbrander kreeg en mijn naam werd voorzien van een “aantekening.” Het maakte diepe indruk maar heeft mij nooit belet met de buurjongens en meisjes deel te nemen aan het gezamenlijk jatten van wortels, fruit of knollen want het waren magere jaren waarin schraalhans keukenmeester was….
Flauwekul…. Hier ben ik het niet, maar had het zeker wel kunnen zijn.
Laten we nu eens de lantaarnpaal, de auto, het fietswiel en schoorsteenpijp van het plaatje wegdenken en de personen die er op staan de kleding geven van pakweg 250 jaar geleden.
De oude poort van stalhouder Huckriede, de trapjesgevel van het voormalige politiebureau maar vooral de kinderkopjes (veldkeien) waarmee het straatje is geplaveid, brengen ons dan terug naar een oud Enschede…..
Ik kom hierop omdat de Korte Getfertstraat of Kortestraat (zo heette het straatje) dat de verbinding vormde tussen de Koningstraat en de vroegere Getfertstraat (daarna C.F. Klaarstraat en nu Boulevard 1945) mij altijd heeft geboeid. Als ik op zaterdagmiddag met mijn ouders naar de stad ging, namen we om de verkeerslichten bij de Ripperdastraat te vermijden altijd dit straatje. In mijn kinderlijke beleving van toen moest dit het wel het oudste straatje van de stad zijn want waar vond je nog die hobbelige kinderkopjes terwijl ook de vooroorlogse benzinepomp op hoek met de Koningstraat en de poort van Huckriede die indruk versterkten.
Het bleek allemaal niet zo middeleeuws te zijn als ik had gehoopt. Hooguit 150 jaar oud…
Enigszins teleurgesteld, besloot ik wel dat wanneer ooit het plaveisel werd vervangen ik een paar van die kinderkopjes op de kop zou proberen te tikken als souvenir uit de historie van mijn geboortestad.
Het is er niet van gekomen. Toen begin jaren zeventig de hele omgeving en het straatje ten onder gingen, had ik andere dingen aan mijn hoofd en pas later vernam ik dat de veldkeitjes zouden worden hergebruikt als sierbestrating voor het I.T.C.- flat.
Ik heb er wel eens vluchtig naar gezocht maar nooit iets gevonden.
Heeft iemand daar een foto van? Liggen ze er nog? Ik hoor het graag want ik ben in staat om er alsnog een paar voor een prominent plekje in mijn rotstuin te gappen, net als vroeger pruimen en knollen. Maar dan alleen als er geen kapelaan in de buurt is….



  

 



Koningstraat, rechts de Kortestraat met veldkeinen en op de hoek de vooroorlogse benzinepomp...
 

 



Boulevard ITC hotel 1980 met links onderaan nog net te zien het veldkeienheuveltje, afkomstig uit de hier vroeger gelegen Kortestraat..
 

 



Veldkeienheuveltje bij het ITC hotel...
 

 

 

 

 

 

 

 

 

      DE KERSTMAN HEEFT EEN LIFT NODIG 
 
                
 
 

 

 

 

 

 

 

 






 POTJE MET INKT


Meneer Gönning was een bevlogen jonge onderwijzer toen hij ons in de derde klas toegewezen kreeg. Hij was al eens als stageloper op school geweest, maar wij waren de eersten in een lange rij leerlingen die hij in de loop der jaren onder zijn hoede zou krijgen.
 
Ondanks dat hij wel eens kwaad werd en met borstels of wasknijpers gooide of iemand een fikse draai om de oren gaf, was hij bij ons geliefd. Waarschijnlijk omdat hij een lossere aanpak had dan de oude garde van onderwijzers. Hij kon mooi vertellen, goed tekenen en speelde gitaar en deed mee bij het onderwijzersvoetbal en de Sinterklaasoperette.
 
In de vijfde klas kregen we hem weer en mochten sommigen op de vrije woensdagmiddag bij hem thuis komen, een hele eer en meestal kreeg je dan een presentje in de vorm van een oude munt of iets ander verzamelbaars. Het lukte Johan en mij ook om een afspraak te maken, dus wij naar de Riouwstraat nr.10 op het Hoogeland. Het was gezellig, meneers vader was er ook en die kon ook boeiend vertellen. Meneer speelde gitaar en de tijd vloog. Toen we naar huis moesten, kreeg Johan een munt en ik een half gevuld potje met Oost Indische inkt, daar moest ik maar een mooie tekening mee maken. Het was in het kader van stimuleren van tekenen van kinderen bij wie hij tekentalent had bespeurt. Hij gaf er altijd speciale aandacht aan en Hans en ik mochten tijdens de tekenles altijd naast elkaar zitten waarbij hij dan bij onze de bank kwam staan om aanwijzingen geven en nieuwe technieken uit te leggen waar we veel van opdeden.
 
Ik was blij met het potje inkt, maar had er geen ervaringen mee.
Eenmaal thuis probeerde ik het uit met een kroontjespen op een velletje papier en was verrast over het resultaat. Mooi zwart en duidelijker dan met een potlood. Ik oefende flink en maakte naar voorbeelden, twee tekeningen echt af en toen was het potje helaas leeg. Mijn ouders vonden het geweldig en toen ik ze op school aan meneer liet zien, prees hij mij de hemel in. Ik trots als een hond met zeven Lu… Ik vergat het verder, maar mijn ouders borgen ze goed op en toen ze naar een ander huis verkasten, hebben ze de tekeningen laten in lijsten en kregen ze een plekje op een van de slaapkamers. Toen ze naar het bejaardenflat gingen, werd veel van hun huisraad verkocht, weggegeven of in dozen opgeborgen, dat laatste gebeurde ook met mijn pentekeningen. 
Jaren later, toen mijn ouders al waren overleden, kwam ik ze in een van de dozen die bij mij waren beland tegen. Herinneringen kwamen weer boven en toen mijn kleinzoon ze zag, wilde hij ze graag hebben. Dat mocht, ze hangen voorlopig op de kamer waar hij slaapt als hij bij ons logeert.
 


Potje met inkt….
 
Weten jullie het nog….Als je bij een gevecht, oet ernst of veur de lol, het onderspit had gedolven, moest je je overgeven door na te zeggen wat de overwinnaar je voor zei……
 
GENADE, POTJE MET INKT, GERRIT STINKT….

Ik heb het als slachtoffer dikwijls, zij het met tegenzin  herhaald.
 




 

 

 

 

 





 EEN KERSTVERHAAL


Wanneer je vroeger op het Stevenfenne woonde en geregeld de boer op ging dan wist je ook de Achterhofweg wel te vinden.
Vanaf de Egstraat waar ik woonde zat je nagenoeg al op de boer en dat is nog steeds zo, al woon ik nu enkele straten verderop.

Ten opzichte van de jaren 50 is in de omgeving veel veranderd. Niet alleen vanwege de nieuwbouw op het Stadsveld maar ook het Zwering werd een nieuwe woonwijk.
Vanaf de Zweringweg fietste je de Zweringhoekweg op en een eindje verder kwam je bij een splitsing waar de weg overgaat in de Achterhofweg en eindigt op de Usselerrondweg.
In de jaren 50 stond ergens langs deze boerenweg vlakbij de splitsing een klein schamel huisje.
Ik ben onlangs eens even op zoek gegaan om te kijken of er nog iets van over is. Helaas.
De grote statige boerderij van ‘t Elferink staat er nog wel maar vele andere oude boerderijen en erven moesten wijken voor de nieuwbouw, zo ook het kleine oude stulpje.

Precies deze omgeving is het decor voor het verhaal.

 

 

 

 

 






KERSTLICHTJE      
                       

                                                                                                              
We moeten terug naar de winter van 1944.
Het is op de avond van 24 december en het heeft de hele dag al flink gesneeuwd. H
et rieten dak van het kleine huisje achteraan lijkt als met donzen watten bedekt. In de kleine kamer licht af en toe nog vaag de rode gloed van een smeulende haardvuur op waardoor twee gebogen oude gestalten nauwelijks te onderscheiden zijn. Dan staat de oude man op en in het laatste schijnsel van het vuurtje zoekt hij iets in de la van het kleine kabinetje dat tegen de muur staat. De oude vrouw wacht stil tot hij weer naar de tafel terugkeert. Dan bukt de man zich en rakelt het vuurtje wat op, steekt een strohalm in het vuur en wacht tot het vlam vat. Met dit vlammetje gaat hij naar de tafel terug en dan opeens springt een heldere warme gloed van het kleine brandende kaarsstompje door de kamer en verlicht de vriendelijke oude gezichten. Het weerkaatst op de helderwitte muren en verschuilt zich in de donkere, eikenhouten balken en twinkelt in de heldere sneeuw buiten het kleine raam: Het Kerstlichtje.
„Joa moeder", zegt de oude man, „dat stukske keers hew’ noe ieder joar voor ’t Kerstfeest bewFFEEACWie bint zo lang alweer alleen met ’n beid’n en wie weet geneens waar oonze kindern’ bint. Deze zwoare tieden liekn’ wa heel weinig op ‘t mooie Kerstmis zoals wie dat vroeger vierd’n, maar zo weet wie toch dat
het morgen Kerstmis is." Het oude moedertje kijkt verheugd omdat ze zo'n feestelijke lichtglans bijna ontwend was, maar blikt nu ook bezorgd naar het venster; „maar moj’ nich verduusteren, Geert?" „Nee, moeder", zegt de oude; “ons Kerstlichtje, dat verduuster ik niet. God weet, dat er ellende en oorlog genoeg is in de wereld, maar zo slecht kunnen de mensen nog niet wean da’k mien kerstlichtje voor ze verschuiln’ moet? Ie weet toch dat in de Kerstnacht juust het licht van een ster de herders de weg wees? En zo kun je toch nooit weten of ook het kleine kerstkeerske nog iemand de weg kan wijzen. We weten niet eens waar op dit moment onze kinders allemaal zwerven, maar als de goede God het wil zou er toch wél eens één met Kerstmis naor hoes op an kunnen komm’. Nee moeder, mijn kerstlichtje, dat verduuster ik nich". Daarna heerste weer de vredige rust in het huisje van de oude mensen, die in stille eerbied naar hun kleine kerstkaarsje keken.                
   
                                                                                                        
Langs de
besneeuwde Achterhofweg naderde een vermoeide gestalte in een versleten, vaal uniform. Hij was jarenlang van huis geweest. Had zo’n beetje over de hele wereld rond gezworven, veel gezien en een hoop ellende meegemaakt. Was in een oorlog verzeild geraakt en had in krijgsgevangenschap gezeten. Hij verlangde ernaar zijn ouders huis terug te zien, naar het kleine huis waar hij als kind was opgegroeid en naar een stevig bord snert zoals alleen zijn moeder die maken kon. Hij had vier dagen achtereen gereisd en had een enorme honger. Vermoeid strompelde de man voort. Maar op de bocht van de weg hield hij eensklaps stil en richtte zich weer krachtiger op want van ver wenkte hem een klein lichtje van waar hij wist dat daar het huisje van zijn ouders stond. Het kerstlichtje zei hem dat hij daar als gewoonlijk zijn welkom tehuis zou vinden. Toen flikkerde het lichtje tweemaal kort en stierf het daarna weg.
Maar er was vreugde in het kleine huis aan de Achterhofweg, vreugde en tranen om de terugkomst en het weerzien van een verloren zoon.

En weet je wat nog het wonderlijkst was? Een heldere ster bleef alsmaar twinkelen boven
het witte dak.             
    
                                                                                                      



 

 

 




De Achterhofweg vanaf de Usselerrondweg..
 

 




Erve 't Elferink zoals het er tegenwoordig bijligt...
 

 

 

 

 





UITSLAG RAADPLAATJE


Veel goede oplossingen dit keer vooral van de kroegtiigers onder ons

De foto toont ons café De Sport vroeger aan de Broekheurnerweg naast Motorhuis Piet van Dijk, nu aan de Weth. Gerbertstraat op dezelfde plek. Onder de buurtbewoners was het beter bekend als café Vos naar de kastelein die eigenlijk de Vos heette.
Het was een druk bezocht café dat aan diverse sportverenigingen onderdak bood.
Gerrit kwam er als kleine jongen al op zondagmorgen als hij zijn vader op mocht halen die er met zijn collega’s meedeed aan de kruisjascompetitie van textielfabrieken. Het ophalen leverde Gerrit altijd wat drinken en een handje pinda’s op en het voorkwam dat vader te lang bleef nakaarten.
Gerrit kwam er later ook zelf met de buurjongens om te biljarten, maar je moest lang wachten tot je een keer aan de beurt kwam en de oude Vos begon te zeuren als er je te lang op één colaatje zat.
Wanneer er een bruiloft was, probeerden Gerrit en zijn maten via het voorcafé zich onopvallend tussen de bezoekers te mengen en zo gratis consumpties te nuttigen…. Het lukte zes keer, toen had de oude Vos het in de gaten en werd hen de toegang tot het café voor altijd ontzegd. Ze verkasten toen naar café Bornebroek (nu Chinees) aan de Haaksbergerstraat waar weliswaar geen bruiloften werden gehouden maar waar wel twee biljarttafels stonden.
Gerrit de Vos die een klas lager dan ons op de Stevenfenneschool zat nam later het café van zijn ouders over. Zijn broer Sander die voor kok had gestudeerd had een cafetaria in de oude winkel van slager Tieman.
Café de Sport ging jaren geleden al failliet en er kwam een nieuwe kroegbaas op in een poging er weer wat leven in te blazen.
Toen Mini nog op Boswinkel woonde ging ze beginjaren 2000 met beide dochters nog wel eens naartoe omdat er op de zondagavond door twee dames bingo werd gehouden, gelokt door de nogal hoge geldhoofdprijzen die je kon winnen dat in die jaren in de mode kwam. 
Of ze weleens wat wonnen? "Mangs wa, aait nich……"

Blijkbaar liep het uiteindelijk toch weer mis en na enkele jaren van leegstand is er sinds 2017 Pizzeria en Grillroom Cleopatra gevestigd.

Een aantal van onze klasgenoten woonden in hun jeugd in de directe nabijheid van het café en een van hen is dan ook deze maand winnaar van onze speciale prijs; een heerlijke met spijs gevulde kerststol die nog voor de kerstdagen zal worden bezorgd…..




 

 

 

 

 




Café de Sport aan de Weth. Gerbertstraat, de vroegere  Broekheurnerweg...
 

 




Trouwkoetsen bij Café De Sport, toen nog Broekheurnerweg..... ca 1960...
 

 




Sinds ± 2017 is er een Egyptisch restaurant gevestigd...
 

 

 

 

 
NIEUWE RAADPLAAT.....


Deze maand weer een moeilijke…

Een gebouw genoemd naar een professor waar je wanneer je zelf professor wilt worden niet omheen kunt. Verder is het bijzonder dat het niet van het normale bouwmateriaal voor zo’n instelling is gemaakt. Het staat in het deel van de stad waar wij in onze schooltijd woonden..



Bel of mail de oplossing door aan Mini of stuur in naar;


info@stefenfen.nl

en maak kans op een leuke prijs…
 

 

 

 

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 
 

 

 

 

 

 

TOP

HOMEPAGE