klik
HIER
voor
grotere afbeelding
|
In
oktober 1956 vierde onze school haar 25
jarig jubileum.
Dit zal ongetwijfeld gepaard zijn gegaan
met diverse festiviteiten.
Ik herinner me alleen de grote foto
waarbij een vergrootglas nodig is, met
daar op iedereen die toen op school zat
en de opvoering van het toneelstuk
“GOUDKOPJE” waaraan de meeste kinderen
uit onze klas meededen. De repetities
begonnen al toen we nog in de vijfde
klas zaten.
|
Wie
kent er het volledige lied nog dat we in
de vijfde klas ter ere van dit
jubileumfeest hebben ingestudeerd?
We hebben het gezongen op de avond van
de uitvoering waarbij juffrouw Lammers
in het zonnetje werd gezet.
Zij was immers vanaf het begin met
de school verbonden geweest.
Helaas ken ik lied ook niet meer
volledig en zijn er nogal wat hiaten.
Maar het ging ongeveer zo..
Vijfentwintig jaar geleden,
~~~~~~~~~~
~~~~~~~~~~~~
Onze Stevenfenneschool
Velen kwamen, velen gingen
Welk een wisseling bracht ’t gebouw
Één bleef echter al die jaren
Stevenfenneschool steeds trouw.
Op deez’ avond juffrouw Lammers
Denken wij aan al wat u deed
En wij zullen nooit vergeten
~~~~~~~~~~~~
Wie de ontbrekende woorden aan kan
vullen,
schroom je niet en mail het ons!!
|
Ansichtkaart van de Stevenfenneschool in
de jaren dertig.
Uitgegeven door Eisink, hoek
Stevenfennestraat/Wicher Nijkampstraat.
|
25 jarig bestaan van de Stevenfenneschool
Overgenomen uit Dagblad Tubantia 1956
Enschede October 1956
Gisteren was het 25 jaar geleden, dat de
Stevenfenneschool haar poorten opende
voor de Enschedese,toen nog
Lonnekerschooljeugd. ter gelegenheid van
dit heugelijke fijt werd gisterenmiddag
in café Bos een druk bezochte receptie
gehouden. Als eerste spreker voerde de
heer T. Buma,hoofd der school het woord.
Hij herinnerde er aan dat in de eerste
jaren de school het cultureel en
pedagogisch centrum van de Stevenfenne
buurt is geweest. De heterogene
bevolking veroorzaakte soms
moeilijkheden,maar deze werden,mede door
het eerste hoofd der school,de heer
Huiskes,spoedig opgelost. Ook de
samenvoeging van Lonneker en Enschede
gaf de nodige strubbelingen,maar deze
kwam men eveneens te boven. Spr. wees op
het grote tekort aan personeel en
ruimte,waarmee men nog steeds te kampen
heeft,en hij sprak tenslotte de hoop
uit, dat men aandacht aan de bouw van
scholen zal geven.
Over de Hoge Brug onder
politiebegeleiding naar zaal Bos aan de
Kuipersdijk.
We herkennen naast meneer Buma als
vlaggendragers Jacob Polman en Janco
Post.
|
Tegelijk
met het jubileum van de school herdacht
mej.J.C. Lammers het fijt dat zij
gisteren 25 jaar als onderwijzeres aan
deze school was verbonden.
De heer Buma bood haar namens de school
een bloemenmand aan.
Namens de oudercommissie sprak de heer
W.Veenhuizen,die de goede verhoudingen
op de school en de aandacht voor de
menswording van het kind prees.
Samenwerking
Als voorzitter van het pedagogisch
centrum en namens het Gemeente bestuur
voerde de heer J.A.Sellenraad het
woord.Hij zeide verheugd te zijn,dat de
school zich laat gelden,nu er een
herdenking is. De stevenfenneschool was
de eerste school,waar de leden van de
technische commissie rekening hebben
gehouden met de wensen van het
schoolpersoneel,en pedagogen.Dit was het
begin van de samenwerking tussen deze
groepen.Spr.dankte de heer Buma en het
personeel voor de prettige samenwerking
en betrok mej.Lammers in zijn dankwoord.
Achtereenvolgens spraken als woorden van
dank en waardering de heren G.B.A. de
Vlaming namens de Nederlandse
Onderwijsvereniging.H.J.Minkjan namens
de plaatselijke afdeling van
Volksonderwijs,P.de Vries namens de
buurtscholen,C.Jansen voor het
oud-personeel,T. Breukelaar als
afgevaardigde van de Openbare school te
Workum,waarmee de Stevenfenneschool nu
al tien jaar leerlingen uitwisselt, mevr.Wissink-Post namens
de speeltuinvereniging Stevenfenne, Nijenhuis
als vertegenwoordiger van de Drumband Stevenfenne en F. de Boer namens de
oudercommissie van de school uit Workum.
Ruimtegebrek
Gisterenmorgen hadden de leerlingen
feest en gisteravond werd in Café Bos
een toneelspel met zang "Goudkopje"
opgevoerd voor de ouders.
Hierbij was ook aanwezig de wethouder
van onderwijs, de heer D.J. Bout,die in
het kort de prettige samenwerking
memoreerde tussen gemeente bestuur en de
school. Ook wees hij op het ruimte tekort
en sprak de hoop uit dat met de bouw van
de op staande school in het stadsveld
spoedig zaal kunnen worden begonnen. Hij
dankte de ouders voor hun medewerking en
intensive belangstelling. Namens B en W
feliciteerde hij het personeel van de
school.
Tevens was aanwezig de heer W.H. Stroop, inspecteur
van het lager onderwijs, die ook het
toneelspel voor deze avond had
geschreven.
Aan het einde van deze geslaagde
bijeenkomst werd mej. J.C. Lammers door de
oudercommissie gehuldigd. Haar werd een
boek aangeboden.
|
EEN
JONGE HELD
Toen hij
op een hem onbekende foto bij
Schoolbank stuitte, kon hij zijn
ogen niet geloven. Niet alleen
het podium met een stel
kabouters en elfen maar vooral
de verlichting aan het plafond
deden zijn hart sneller kloppen.
Dat was onmiskenbaar zaal Bos
aan de Kuipersdijk in Enschede.
Snel klikte hij de vergroter aan
en jawel daar stond op de
achtergrond meneer Gönning maar
wat nog mooier was, naast meneer
nog net met zijn kopje boven de
elfjes, herkende hij zichzelf. Dat kon niet anders dan het
toneelstuk zijn dat werd
opgevoerd ter ere van het
vijfentwintigjarig bestaan van
zijn school, de
Stevenfenneschool. Ontroering maakte zich van hem
meester want het toneelstuk en
alles wat er omheen gebeurde,
koesterde hij als de mooiste
herinnering aan zijn
lagereschooltijd. Voor een ogenblik liet hij de
emoties op zich inwerken……. Het was in de zesde klas dat het
feestelijke gebeuren
plaatsgreep. Hij kon redelijk
meekomen maar was geen
hoogvlieger, blonk niet uit in
korfbal of voetbal en probeerde
deze tekorten te compenseren
door het maken van grappen en
grollen die niet altijd even
geslaagd overkwamen bij het
onderwijzend personeel. Hij was
dan ook zeer verbaasd toen hij
werd gevraagd voor een dragende
rol in een toneelstuk waarmee
men voor alle leerlingen het
jubileum tot een onvergetelijk
evenement wilde maken.
De deelname aan het drama in
drie bedrijven moest uiteraard
zo breed mogelijk zijn. Vandaar
dat naast de kinderen ook
leraren, ouders en leden van het
schoolbestuur rollen kregen
toebedeeld.
Het stuk heette “Goudkopje” naar
het schone dochtertje van een
nijvere schoenmaker en zijn
vrouw, rollen die met verve
werden vertolkt door meneer
Gönning en juf Freeze.
Gery Vlake kreeg de rol van
Goudkopje en Bertie Knol die van
Kobolt, de boze dwerg. Zelf
speelde hij het
schoenmakersknechtje Kees. De
volwassenen waren klant, buurman
of voorbijganger en de meeste
kinderen kabouter of elfje.
In de loop der jaren was hem
ontschoten dat, zo las hij uit
het bijschrift van de foto, ook
Marianne Ekker en Kobus Schipper
als respectievelijk
elfenkoningin en kabouter-koning
een niet te verwaarlozen
bijdrage hadden geleverd aan het
welslagen van de voorstelling.
Op de foto niet goed herkenbaar
maar gezien de witte lokken van
Marianne en het postuur van Kobus was dit niet ondenkbaar.
Hijzelf had een flinke lap tekst
die hij ’s avonds in bed uit
zijn hoofd leerde en tijdens de
repetities in de hal zo
levensecht mogelijk declameerde.
Dat kostte heel wat vrije tijd
maar gelukkig hoefde hij niet
solo te zingen of te dansen en
dat gaf de nodige rust en
inspiratie. Hij sloot zijn ogen
en spoedde zich in gedachten
naar toen;
“Waar ging het stuk ook al weer
over?”
Oh, ja………… We moeten terug naar de tijd
toen de bossen nog volop elfen
en kabouters herbergden en ook
de volwassenen in Sinterklaas
geloofden. In het eerste bedrijf zien we de
werkplaats van onze schoenmaker
waar met enige regelmaat iemand
voorbij komt om over koetjes en
kalfjes te praten. Hijzelf
speelt er de jeugdige grapjas
die iedereen op het verkeerde
been zet.
Zo komt hij een keer achter adem
binnen en roept; “Het brandt in
de lange Jan!!!!!” Paniek onder
de klanten en de schoenmaker die
naar buiten stormen om de ramp
te aanschouwen. “Wat brandt er
dan en waar?’ hoort men ze
roepen. Waarop Kees doodleuk
antwoordt; “De lamp in de
vuurtoren!!!”………… Tegenwoordig zou men hierbij
verveeld gapen maar in die tijd
vlak na de sombere oorlogsjaren
was dit humor van de bovenste
plank. De zaal lag dan ook plat. In het tweede bedrijf valt er
weinig meer te lachen. Men is er
tot grote schrik van heel het
dorp achtergekomen dat Goudkopje
spoorloos is verdwenen.
Zoektochten leveren niets op en
de arme ouders staan bitter
wenend en wanhopig
handenwringend op het podium
tegenover een intens meelevend
publiek. Er is echter nog één
plek waar men niet durft te
zoeken en dat is het duistere
bomenbos waar het niet pluis
schijnt te zijn.
Tijd voor een onverschrokken
held……….. Na de pauze in het derde bedrijf
treffen wij dan ook Kees aan,
dwalend door het bos . In een
lange monoloog vraagt hij zich
af waar Goudkopje toch kan zijn
en wanneer de zaal weer helemaal
is bijgepraat, waagt hij zich
steeds dieper en dieper tussen
het onder leiding van meneer Gönning door Hans Scholten in ’t
Hof en hemzelf zo kunstzinnig
geschilderde en door Gerrit
Huisman vakkundig in elkaar
gespijkerde geboomte.
Plotseling hoort hij zingen;
“Kling, klang, kling, klang,
hoor je ons lied wel?”
Natuurlijk hoort hij het en
voordat hij het weet is hij
omringd door lichtvoetig
dansende elfjes waar zich tot
zijn grote verbazing ook nog
eens zwaar bebaarde kabouters
bijvoegen. Wanneer hij van de
eerste schrik is bekomen,
brengen de kabouterkoning en de
elfenkoningin die zelf ook in
grote angst leven, hem op de
hoogte wat er aan de hand is met
Goudkopje.
Ze is ontvoerd door Kobolt, een
kwaadaardige dwerg die zich
meester wil maken van de macht
in kabouter en elfenland. Hij
kan dit alleen via een
toverformule waarbij hij dient
te trouwen met een onbevlekte
jonge maagd uit de mensenwereld.
Goudkopje was zijn uitverkorene.
Wil men dit noodlot keren dan
moet een jeugdige held, vrij van
de kwalijke invloeden der
volwassenheid de strijd met
Kobolt aangaan om de betovering
verbreken. Kees is, zij het met
lood in de schoenen, bereid deze
strijd te leveren.
Men voert hem verder het woud in
tot ze bij het onderkomen van
Kobolt geraken.
Het gevecht is hevig maar Kees
wint door een slimme truc en
Goudkopje wordt tot grote
vreugde en opluchting van
iedereen op het toneel en de
ademloos aan hun stoel
gekluisterde toeschouwers,
gered. Kobolt probeert nog te
vluchten maar wordt voor eeuwig
verbannen naar een
onheilspellend oord. Wie nu denkt dat de jonge held
en het slachtoffer elkaar in de
armen vallen en nog lang en
gelukkig leven, heeft het mis….Niet dat hij het niet graag had
gewild. Gery was niet te
versmaden en wellicht had ook
zij, gezien zijn edele daad,
geen bezwaar gemaakt, maar voor
de in die tijd geldende
maatstaven was de enige
omhelzing die aan de
zedigheideisen voldeed en geen
ophef veroorzaakte die met haar
dolgelukkige moeder, hetgeen dan
ook geschiedde.
Werd Kees dan niet op een andere
wijze beloond of op de schouders
genomen?
Neen, terwijl de elfen nog een
keer zongen en de kaboutermannen
nog een keer sprongen, viel het
doek. Het oorverdovende applaus
was slechts een kleine pleister
op de wonde want ook na afloop
waren er geen schouderklopjes of
complimentjes. Men achtte het
destijds opvoedkundig blijkbaar
niet verantwoord kinderen te
loven en te prijzen en al
helemaal niet bij zoiets
frivools als een toneelstukje.
Thuis was men ook niet bepaald
enthousiast. In alle
consternatie was de tang die hij
om op een echte schoenmakers-knecht te lijken
van zijn vader had geleend,
zoekgeraakt.
Nee, als kind had je het in die
dagen niet breed. Met enige weemoed keerde hij
terug in het heden en klikte
glimlachend het kiekje weg.
Morgen zou hij de beheerder die
met het plaatsen van de foto de
impuls had gegeven tot zijn reis
in de tijd, een bedankje sturen.
NASCHRIFT; Tijdens de reünie vertelde Gery
mij dat het massaal
toegestroomde publiek die avond
een half uur eerder dan gepland
naar huis kon omdat ik in het
tweede bedrijf een hele
bladzijde tekst had
overgeslagen. Ik weet hier niets meer van maar
wanneer Gery het zegt zal het
wel zo zijn. Wellicht heb ik
mijn ernstig falen in de loop
der jaren weten te verdringen. Het verklaart waarschijnlijk de
lauwe reactie van de leiding op
mijn heldenrol.
Helaas zijn de foto’s niet erg
duidelijk maar misschien
herkennen de acteurs en actrices zichzelf of
anders de achterhoofden van hun
ouders.
|
| | |