Wanneer ik ‘s morgens voor schooltijd
aan de vroege kant was, rende ik vaak naar het
Philadelphia kerkje om meneer Gönning op te wachten.
Je moest er niemand anders bij hebben want dan was
de lol er af. Met meer kinderen liet hij je achter
zijn rode sportfiets aanrennen en trapte net even
iets harder dan normaal zodat je bekaf bij school
kwam.
Was je alleen dan stapte hij af en haalde z’n
aktentas van de bagagedrager en mocht je achterop
zitten en de tas dragen. Ik heb het tochtje
regelmatig gemaakt en je voelde je trots en
belangrijk.
In de Boekweitstraat moest je eraf en gewoon via de
poort aan de van Hoekstraat naar binnen terwijl
meneer via het fietspoortje naar binnen ging. Dit
poortje was voor de leerlingen taboe…
Op het schoolplein schepte je dan over op over je
privéritje met meneer.
Ik ben laatst nog eens wezen kijken naar dat stukje
Haaksbergerstraat tussen de Stevenfennestraat en het
Philadelphiakerkje. Er is veel veranderd.
Zullen we er in ons geheugen samen even langs
wandelen?
Op de hoek met de Stevenfennestraat waar nu Hennie
belegde broodjes verkoopt zat sigarenwinkel van der
Molen (later Leppink), in het huis met puntdak
daarnaast woonde meneer Reuver, hoofdonderwijzer van
de St. Janschool.
Nu gaan we richting het kerkje.
Het grote huis op de hoek was toentertijd van Horstman, jarenlang wethouder van Enschede voor de
PvdA. In het huis daarnaast of eentje verder woonde
meneer Hendriks, chef van de herenafdeling bij C&A
die vader en mij altijd zeer vriendelijk hielp aan
een nieuw pak.
Dan komen we bij een inham, waar we nu tegen een
garagedeur aankijken. In mijn beleving was het
vroeger veel breder en dieper. In eerste instantie
zat daar de motorenzaak van de ouders van Bertus
Willink die een paar klassen lager dan ons zat. (Van
hem kreeg ik de mooie foto’s van de motoren).
Toen Willink stopte, kwam er de ijssalon van Zambon
in. Men had er heerlijk Italiaans ijs in de kleuren
roze, groen, wit en bruin. Een bolletje kostte een
kwartje. Voor 75 ct. had je
een wafel met de kleuren
die je graag wilde. Vooral op zondagmiddag was het
er druk en spannend want er kwamen ook veel meiden.
Ik weet nog dat Livio Zambon zelfmoord pleegde en de
ijssalon overging aan Talamini die nu nog in de
Marktstraat zit. We trekken verder langs
een blok van twee woningen waar Bertus Willink
woonde, deze huizen staan er nog.
Hiernaast liep het, wat wij noemden, Vrijerspaadje
dat in werkelijkheid vroeger Tarwestraat heette. Het
liep naar de B.W. ter Kuilestraat langs het
Apostelenhofje.
Het oude paadje is nu de toegang tot het
parkeerterrein van de appartementen die er staan,
het Apostelenhofje is verdwenen. Dan volgde er een
stukje heg met daarna een rijtje afdakswoningen en
dan waren we bij het kerkje. Uiteraard zijn de
afdakswoningen ook weg en heeft het kerkje z’n
torentje met klok verloren. Op de, in onze jeugd
lege plek achter het kerkje, bevindt zich nu het
Servicecentrum West.
Gaan we langs de overkant terug. Op de hoek met de
Burgemeester Jacobstraat zat vroeger kruidenier
Gorel dan volgden de herenhuizen waarover we al
eerder schreven met daarin drogisterij Geurtsen en
op de hoek met de Helenastraat bakker Busch. Hierna
een aantal blokken met woningen waar o.a. Ineke
Hemmers woonde en Kees Boll van het gelijknamige
dakdekkersbedrijf. Vervolgens een groter woonhuis en
daarna
iets naar achteren de Sparwinkel van bakker
van Veen. We zijn nu alweer tegenover de ijssalon.
Iets verder woonde Dini Flokstra in een wat ouder
pand dat is afgebrand, haar buurman was kolenboer
Bos. Er staan nu nieuwere huizen. We steken over en
gaan via de Stevenfennestraat weer naar school.
Helaas hebben we weinig oude foto’s maar die
plaatjes die we hebben, zijn de moeite van het
bekijken zeker waard.
s