Foto’s van het verdwenen badhuis
van van Heek waar menigeen van ons nog heeft
leren zwemmen, hebben we hier al veel gezien dus
heb ik deze keer gekozen voor een schilderij van
Klaas Bernink en gaat het rijmpje over de
werkelijke motivaties van de “gulle” stichter
De andere fabrikanten lachten hem uit
toen hij met zijn plannen voor een badhuis annex
zwembad kwam. Maar Gerrit Jan van Heek was niet
voor niets de machtigste man in de stad. Hij had
een bredere visie dan zijn collega’s -
concurrenten. Investeren in goede voorzieningen,
betaalde zich dubbel en dwars terug. Het bond de
arbeiders aan het bedrijf en hield ze gezond
zodat ze harder konden werken. De schenkingen
waren aftrekbaar voor de belasting terwijl het
omzetten van een landgoed naar een openbaar park
fiscaal zeer aantrekkelijk was. Het leek
allemaal op weldadigheid maar de ware aard kwam
tevoorschijn bij een staking. Dan pasten de
heren de UITSLUITING ook wel
HET TWENTSE STELSEL
genoemd, toe. Dat betekende dat wanneer bij één
fabriek werd gestaakt, ook de andere fabrieken
sloten en de arbeiders, ook al hadden die niets
met de staking te maken, naar huis werden
gestuurd en zonder loon zaten zolang de staking
duurde. Hiermee zette men extra druk op de
stakers om hun acties op te geven, zij waren er
dan immers de oorzaak van dat collega’s zonder
werk kwamen….. Zelfs bij de conservatiefste
werkgevers in het land werd dit als een
onmenselijke maatregel beschouwd, maar daar
hadden de textielbaronnen geen boodschap aan. Er
moest duidelijk worden gemaakt wie het hier voor
het zeggen hadden……
In 1892 opende de Zwem en Badinrichting in het
bijzijn van een keur aan notabelen waaronder
burgemeester Edo Bergsma de deuren van de
badhokjes.
Werknemers van van Heek waren verplicht eens per
week een gratis stort of kuipbad te nemen,
zwemmen was vrij. Ook buitenstaanders waren
welkom maar moesten betalen…
Het bad was het tweede in zijn soort in
Nederland en in die tijd een groot succes…
GRATIS BAD
Arbeiders van meneer van Heek
moesten zich
douchen, eens per week.
Men mocht dan
gratis naar het bad,
omdat de baas daar
baat bij had.
Meneer van Heek de gulle schenker,
was eigenlijk een sluwe denker.
Al wat hij gaf, kreeg hij terug
over de arbeider z'n rug.
Een park, een bad, een goede woning,
garandeerden zijn beloning.
Want op de duur zou je het merken,
men werd niet ziek, kon harder werken,
Ook het rijk betaalde mee
aan wat hij schonk aan Enschede.
De bonden wisten het allang;
't was grotendeels eigen belang.
"Liefde voor 't volk" was wat hij voelde.
Een liefde die al snel bekoelde,
als men het lef tot staken had.
Dan sloot 't fabriek en ook het bad.....