Heb laatst uit de krant
vernomen
Dat de sloopkogel weer gaat komen
Om in het stadsbelang en in haar streven
De binnenstad een (nog) beter aanzien te geven…
DE SLOOP VAN HET JANNINKSHUIS..
Op 1 januari 1939 komt het Patriciërs huis van
Jannink onder de sloop en ondergaat de
binnenstad bij het stadhuis een belangrijke
verandering.
Er was vooraf al veel over te doen geweest in de
Raad en in de straat, maar uiteindelijk hebben
stedenbouwers en B&W beide tevreden kunnen
stellen. De Langestraat wordt vernauwd, het
plein “Van Loenshof” belangrijk verruimd en op
de hoek komt een groot modern winkelpand,
aangepast aan het stadhuis. Het zou mooier
worden dan het ooit was…
Het Janninkshuis mocht dan wel groot geweest
zijn en in z’n beste tijd een ruim en deftig
woonhuis genoemd kon worden, erg fraai was het
niet. Het had alle kenmerken van een tijd toen
bouwmeesters vergeten waren wat stijl is. Dit
was niet beledigend bedoeld voor het
Janninkshuis, er waren wel erger staaltjes van
stijlloosheid in Enschede. Een bouwheer kan er
toch ook niks aan doen dat hij moet bouwen in
een tijd dat er geen vakmensen zijn die de
opdrachten goed kunnen uitvoeren.
De familie zelf wist het zich van binnen altijd
heel behaaglijk en gezellig in te richten, dat
werd waargenomen het huis, omstreeks 1932, door
haar ontruimd was en de burgemeester en
wethouders er tijdens de bouw van het nieuwe
stadhuis
tussen 1930
en 1933 kwamen resideren.
Daarna heeft het huis ook nog voor commerciële
doeleinden open gestaan. Het is het ook nog als
tentoonstelling- en demonstratiegebouw
opengesteld geweest en het publiek binnen de
muren wist te ontvangen, en was het ook een
onderdeel waarmee Enschede een centrum van
vreemdelingenverkeer wilde maken.
Het Janninkshuis gaat tegen de vlakte omdat het
toch eigenlijk niet voldaan heeft aan het idee
waarin welbeschouwd de naam Janninkshuis ligt
opgesloten.
Een stamhuis is dit huis van de familie niet
geweest, ze heeft er ook niet sedert haar
vestiging in Enschede gewoond. Alleen een paar
generaties Jannink heeft er lief en leed
gedeeld.
De Janninkshoek
Een oud- Enschedeër, dhr. H. ter Weele Hzn. die
Enschede kende van ca. 1845 af, vertelde in zijn
wandeling door de stad, verschenen onder de
titel: “Enschede van voorheen en thans”, over de
hoek Langestraat / Van Loenshof dat naast de
Grote Sociëteit het huis lag van de heer Abram
Jannink, waar men met een hoge stoep van 6
treden naar binnenging. Het benedengedeelte van
dat huis was geheel in dienst van de
fabriekszaak ingericht. De boeren brachten er
hun geweefde goederen en namen opnieuw hun
weefmateriaal mee. De ruwers brachten hun
bewerkte stukken in en kregen opnieuw stukken om
te ruwen mee. Daar werden goederen gepakt,
geperst en ter verzending opgeladen; daar werd
kantoor gehouden, kortom het was er soms een
hele drukte midden in de Langestraat.
In het huis ernaast woonde de wed. mevr.
Roessingh Udink met haar broer de heer B. van
Heek. Later was hierin het kantoor van de firma
Gerh. Jannink en zonen gevestigd.
Vervolgens was er nog een klein huis waarin dhr.
Convent woonde die muziekonderwijzer was. Dan
stond er nog het huis van Gerhard Jannink,
gehuwd met mej. van Heek, dat later bewoond werd
door zijn zoon Bert Jannink, gehuwd met mej. ter
Kuile en weer later door diens zoon Gijs
Jannink. Zijn buurman op de hoek was Jan Willem
Blijdenstein. Achter dit huis stonden nog twee
arbeiderswoningen. Dit gedeelte heeft Gerhard
Jannink na de brand erbij gekocht zodat zijn
percelen één waren geworden. Tot de gemeente het
in afbraak zijnde pand in 1931 kocht, waren al
de percelen vanaf het grote pakhuis aan het Van
Loenshof tot en met het pand Langestraat 43 in
het bezit van de firma of van de leden van de
familie Jannink. Men zou dus toen terecht hebben
kunnen spreken van de “Janninkshoek” tegenover
het stadhuis.
Zeker was dat op de plek waar later het
winkelpand van C&A zou verrijzen, ook al lang
geleden in Koopmanschappen werd gedaan. Met deze
bouw wordt de cityvorming die toen in Enschede
al sterk voelbaar was, in de hand gewerkt.
De binnenstad van Enschede is door de jaren heen
onherkenbaar veranderd en men streefde ernaar,
en dat geldt nog steeds, dat het een attractie
vormt voor mensen van buiten de stad welke het
gemeentebestuur zo graag naar Enschede wil
trekken…