WAAROM WE MET PASEN MATZES
ETEN...
Tijdens het
Paasontbijt eten veel mensen matzes. Op
andere momenten doen we dat ook wel maar
zeker met Pasen wordt veel van dit krokante,
ongezuurde brood genuttigd.
Waarom? En waar komt die traditie vandaan?
Daarvoor moeten we eerst een stukje terug in
de geschiedenis van het Jodendom omdat het
eten van matzes eigenlijk een Joodse
traditie is.
Het ongezuurde rituele brood dat vooral in
de achtdaagse paasperiode wordt gegeten
staat lijnrecht tegenover wat in het
algemeen onder paasbrood wordt verstaan. Het
wordt ook wel het „brood der ellende”
genoemd omdat het herinnert aan de uittocht
van de Joden uit Egypte, waarbij de vrouwen
in de haast het deeg niet konden laten
rijzen en het brood ongezuurd bakten. Ter
herinnering aan het einde van de periode van
slavernij eten de meeste Joodse gezinnen in
de paastijd de volgens voorschriften uit het
Oude Testament bereide ongezuurde matzes.
Het is een traditie, vergelijkbaar met
oliebollen eten dat er bij het begin van de
paastijd een „Seidertafel” in Joodse
gezinnen wordt gedekt, waarop naast speciale
„Sjemoeriem-matzes” ook
mierikswortel, een gebraden botje en een
zoet mengsel van amandelen, suiker, rozijnen
en wijn thuishoren.
HOE WORDEN MATZES GEMAAKT
Om de hoek zit in de Nieuwstraat sinds 1933
de N.V. Paaschbroodfabriek Hollandia.
Tegenwoordig heet het Hollandia N.V. en is
het de enige fabriek in Nederland waar onder
rabbinaal toezicht matzes worden gebakken.
Onder toeziend oog van twee toezichthouders
worden hier gedurende een half jaar door
negentien uur per dag werkende ploegen
miljoenen matzes geproduceerd die hun weg
vinden naar Joodse gezinnen in vrijwel alle
Europese landen en zelfs in Noord Afrika.
Het rabbinaal toezicht houdt zich aan de
godsdienstige voorschriften bij het bereiden
van dit rituele paasbrood. Dat begint al op
een veld in Groningen waar de tarwe wordt
verbouwd. Niet alleen bij het maaien en
dorsen maar ook bij het malen van deze tarwe
in een maalderij te Leeuwarden (die tevoren
eerst helemaal wordt schoongemaakt) staat
onder toezicht van het opperrabbinaat. In
verzegelde zakken gaat de bloem naar het
Enschedese bedrijf waar bij het lossen wordt
gecontroleerd of de meel droog is
aangekomen.
Om te voldoen aan de huidige eisen voor het
Pascha, mag er tussen het tijdstip dat het
meel met water in aanraking komt en het
matze deeg gemengd, gekneed en in de
oven geplaatst wordt, hoogstens 17 minuten
verstrijken, om een eventuele gisting van de
lucht te voorkomen.
Ze smaken lekker met wat boter en suiker of
met roomkaas en kipfilet.