DEN MOOIJENHOF
Het eerste parkje van de stad
waar iedereen vrij toegang had.
Geschapen door een fabrikant,
groot van hart en gul van hand.
Eiken, beuken, linden, berken,
heesters en ook bloemenperken.
Dat heette toen; Hof van Vermaak
De mensen kwamen graag en vaak.
Op zondagmorgen uit de kerk,
een zomeravond na het werk,
wandelen of heerlijk toeven,
niets te moeten of te hoeven.
Geen pretpark zoals wij dat kennen.
Het volk liet zich nog snel verwennen.
Wat paden, bankjes, een prieel,
men eiste in die tijd niet veel.
Wel een bladerdak van bomen
om zonnesteken te voorkomen
want zonnebaden gaf geen pas
omdat wit toen in de mode was.
Ter Kuile kreeg dan ook veel lof.
Men noemde het “den Mooijenhof”
Een naam die nu nog steeds bestaat
op die oude plek voor een haakse straat.
Toen in 1597 nadat Maurits Enschede op de
Spanjaarden had veroverd, de buitenste gracht en
de wallen en hagen moesten worden geslecht,
ontstonden er tussen de Noorderhagen en
Zuiderhagen dat toen weggetjes rond de stad
waren en de binnenste gracht, onbebouwde
grondstukken die men Hagengaardens noemde. Wie
het zich kon veroorloven daar een perceel van te
kopen, legde er een boomgaard of moestuin aan
voor eigen gebruik.
Een van die bemiddelde Enschedese burgers was
Hendrik ter Kuile waarvan men zei dat hij een
man was met buitengewone gaven van hoofd en
hart. Hij was de zoon van Engelbert ter Kuile
die een kleine ververij had aan het van Loenshof
en de daar achter liggende binnenste gracht
waaruit het water voor het verven werd gehaald.
Hij bracht het al snel tot wethouder van
Enschede en werd in 1829 benoemd tot
burgemeester, een taak die hij tot 1850
vervulde. ( in een volgend verhaal kom ik op de
bijzondere wijze waarop hij de stad bestuurde
terug)
Een van zijn grote liefhebberijen was de natuur
en landbouw. In zijn gaarden verbouwde hij
allerhande gewassen en hij vatte na enige tijd
het plan op om een soort park aan te leggen met
bomen, struiken bloemen, wandelpaden, bankjes en
een prieel of koepel waar het voor iedereen goed
toeven was. Hij kocht rond 1800 een stuk woeste
grond ten zuiden van de stad aan de weg naar
Poortmanshekke, deze liep buiten de stad om
zodat de zware hessenwagens met handel niet door
de stad hoefden en ook geen rekening hoefden te
houden met de avondklok waarbij de poorten van
de stad waren gesloten. Deze weg werd later de
Willemstraat en in onze tijd de Boulevard 1945.
Mooienhofstraat in 1957
De tuin lag ongeveer op de plek vanaf de Sting,
het vroegere V&D, Tuunte tot het
appartementencomplex dat niet bij toeval “de
Stadstuin” heet..
Men noemde het toen geen park of siertuin maar
een “Hof van Vermaak” soms ook wel “Lusthof”.
Het woord tuin werd toen nauwelijks gebruikt.
Wat wij nu onze tuin noemen was een gaarden en
tuin betekende toen de afrastering er om heen (
in het Duits nu nog Zaun).
Het moet een prachtig parkje zijn geweest waar
de toen 2600 inwoners van de stad van hebben
genoten. Men gaf het de naam den Mooijenhof.
Wanneer het parkje precies is verdwenen, heb ik
niet kunnen achterhalen. Op een kaart van 1862
getekend direct na de grote brand staan de
omtrekken nog aangegeven. Ik denk dat het na de
brand plaats heeft moeten maken voor huizenbouw.
Tussen de Mooijenhof en de Beltstraat was men
toen al begonnen met de aanleg van de Krim. In
de loop der tijd zijn er drie straten genoemd
naar den Mooijenhof. De oudste Mooienhofstraat
liep van de Willemstraat dwars door het
parkterrein naar de Alsteedsestraat. Deze
verdween in 1954 bij de aanleg van de Boulevard.
De Tweede Mooienhofstraat werd in 1956 een
verlenging van de Kuipersdijk naar de Boulevard
maar werd in 1971 bij de Kuipersdijk gevoegd. De
huidige Mooienhof kreeg de naam in 2002 en loopt
vanaf de Boulevard eerst een stukje zuidwaarts,
dan naar het westen en vervolgens weer naar het
noorden tot de Oldenzaalsestraat. Ze zijn een
eerbetoon aan het fraaie initiatief van de
Hendrik ter Kuile. Naar de goede man zelf werd
de vroegere Burgemeesterstraat ( nu deel van de
Haverstraat) genoemd, een eer die hij moest
delen met zijn collega J.B. Blijdenstein. De
Hendrik ter Kuilestraat bij de haven is genoemd
naar een latere naamgenoot die zich sterk heeft
gemaakt voor de aanleg van het kanaal…