HARREVELDERSCHANS
Hoewel Buurse tot de gemeente Haaksbergen
behoort, is het eigenlijk een Enschedese
kolonie.
Al sinds mensenheugenis zoeken de Enschedeërs er
ontspanning en rust.
Vooral het deels nog prachtige Buurserzand met
zijn heide , zandverstuivingen en de grillige
Jeneverbesstruiken( Kwakelbuske) trekt ons naar
het dorpje aan de beek. Dat al dat moois nog
niet is gecultiveerd tot weideland en akkers,
danken we aan Jan Bernard van Heek.
Het begon allemaal in 1906 met de bouw van de
villa Zonnebeek in de boerschap Rutbeek nog net
op de grens met Haaksbergen. Jan Bernard liet de
villa in Amerikaanse stijl voor zijn echtgenote
Edwina Ewing (heette die familie uit de TV serie
Dallas ook niet zo?) bouwen die in St. Louis was
geboren, zodat ze zich in het voor haar vreemde
Twente een beetje thuis voelde. Als jachtgebied
voor de familie had hij ver daarvoor ook al het
nabij gelegen Buurserzand, verworven. Toen hij
deze oude markegrond kocht was het er woest en
ledig met zandverstuivingen. Vandaar de naam
Buurser zand. De boeren uit de omgeving hadden
er door de eeuwen heen hout gekapt, schapen
laten weiden en heideplaggen en turf gestoken.
Jan Bernard liet er weer dennen en loofbomen
planten en gaf de heide weer ruimte om te
herstellen.
Hij besloot ook dat dit stukje oeroud en uniek
Twente niet verloren mocht gaan voor het
nageslacht en hij bedacht plannen voor het
inrichten van een openluchtmuseum waar de
Twentenaren kennis konden maken met de omgeving
waarin en hoe hun voorouders hadden geleefd…
Daarvoor deed hij enige opmerkelijke aankopen
zoals het oude boerderijtje (los huuske) de
Bommelas dat al in het gebied stond en een oude
loaksteen
(grenssteen). Ook de in 1921 voor de
sloop bestemde Wissinksmöl in Usselo paste
precies bij zijn plannen en werd gerestaureerd
en in het Buurserzand weer opgebouwd. De
“stenderkast” is intussen alweer terug op zijn
oude plekje…
Wat ik nooit heb geweten, is dat ook het
Buursermeertje onderdeel uitmaakte van het
geplande museum. Het was niet een oude veenplas,
maar is door van Heek gegraven als
recreatievijver voor de bezoekers. De bodem werd
met een speciaal soort klei bekleed zodat het
water niet weg zakte.
Door zijn onverwachte overlijden in 1923 kwam
een einde aan de plannen voor het openlucht
museum. In 1929 schonk zijn weduwe het gebied
aan Natuurmonumenten die het nu nog
beheert.
Het zal hier door gekomen zijn dat een waardevol
historisch stukje van het gebied niet de
aandacht kreeg die het verdiende. Dat is de
Harrevelder of Statenschans, een
verdedigingswerk uit de Tachtigjarige Oorlog aan
een dode zijarm van de Buurserbeek. De Staten
Generaal lieten het vierhoekige bastion rond
1590 aanleggen als bescherming voor de
belangrijke handelsroute tussen Münster, Zutphen
en Deventer die per schip of over de weg langs
de Buurserbeek via Haaksbergen, Delden en Goor
liep en van waar men een inval door de Spaans-Katholieke legers verwachtte. Tot een
vijandelijk treffen is het er zeer
waarschijnlijk nooit gekomen. Dat gebeurde wel
iets zuidelijker bij Stadtlohn waar het
protestantse leger door de katholieke troepen
onder leiding van de graaf van Tilly in een
bloedige veldslag werd verslagen.
De Harrevelderschans moet toch lange tijd door
het Staatse leger bemand zijn geweest want bij
opgravingen die tijdens de Eerste Wereldoorlog,
toen het als schietbaan werd gebruikt, vond men
kogels, delen van militaire uitrustingen,
scherven en andere gebruiksvoorwerpen….
In de Tweede Wereldoorlog stond er een Duits
luchtafweergeschut.
In 1976 werd de schans deels gerestaureerd en
voor belangstellenden open gesteld. Volgens de
geleerden is het door de afgelegen plek een der
best bewaard gebleven verdedigingswerken in dit
deel van het land. Een bezoek is dan ook zeer de
moeite waard en dat kan best tussen het
natuurschoon, het meertje, ter Huurne, de
Haarmühle of een ijsje bij Willy Flake door…..
Ter illustratie een luchtopname van de schans
waarbij het vierkante bastion duidelijk
herkenbaar is.