HOMEPAGE

GEDICHTEN

VERHALEN

ACTUEEL

NOSTALGIE

NIEUWS

 

 

 

 

 

 





Voor het fenomeen wielerbaan moeten we putten uit ons geheugen.
Het was voor ons toen - of je nu van het Stevenfenne kwam of uit de Frederikastraat - een bestemming waar je op de vrije woensdagmiddag of na schooltijd met een stel andere avonturiers naar toe trok. In het buitengebied gelegen door prikkeldraad, een hoge wal en nog lage eiken omzoomd was het in onze ogen een geheimzinnige plek waar zich van allerhande spannende zaken zouden afspelen. Alleen wanneer je in een hoge staat van overmoedigheid verkeerde, waagde je je binnen de omheining. Ikzelf overwon slechts voor een keer mijn angst voor boze boeren, honden of ander onheil en kroop voorzichtig onder het prikkeldraad door. Binnen was er niet veel meer te zien dan een open grasveldje waarop een houten keetje stond.
Ik nam het geheel even in mij op maar spoedde mij toen er van de andere kant een man naderde, haastig terug naar mijn ademloos wachtende kornuiten. De man had mij weliswaar gezien en wat geroepen maar ik schepte op dat hij mij met een mes had gedreigd hetgeen diepe indruk maakte en ons deed besluiten het hazenpad te kiezen.
Later toen ik met mijn oom die met zijn bouvier aan hondendressuur deed, een keer mee mocht, kwam ik er achter dat de wielerbaan werd gebruikt als oefenterrein.


 
Kom laat ons naar de Helmer gaan,
Dan zoeken wij de wielerbaan.
En vinden wij dat lapje grond,
Dan dansen wij in ’t rond.

‘k Wil hem vinden klinkt mijn lied,
‘k Zal hem vinden klinkt mijn lied
‘k Ga hem vinden en anders niet.

Ik struin hier door de Helmerhoek,
Waar ik me haast de pleuris zoek.

Maar eindelijk bij de Oude Dijk,
Daar haal ik mijn gelijk.

Hij is gevonden klinkt mijn lied
Hij is gevonden klinkt mijn lied
'k Heb hem gevonden en jij lekker niet.


OP ZOEK
Mini die in de Helmerhoek oppast op haar kleinkinderen had al een aantal keren tevergeefs gezocht naar de wielerbaan of naar wat er van over was. Dat was voor mij natuurlijk een uitdaging. Het moet een jaar of veertig geleden zijn dat ik er voor het laatst was geweest en er nog geen huizenbouw had plaatsgevonden.
Mijn vrouw ging met een zoektocht akkoord wanneer we ook het nabijgelegen winkelcentrum op de Wesselerbrink zouden aandoen waar volgens zeggen enige leuke modewinkels zouden floreren. Voor wat hoort wat, dus doorstond ik voorafgaand aan het speuren deze ontbering.
Al snel bleek dat de vroegere toegangswegen via de Helmerstraat, de Helmerzijdeweg of de Voshaarweg waren geblokkeerd of een autoverbod hadden. Alleen via de Broekheurnerring geraakten we in de nieuwbouwwijk de Helmerhoek, of liever gezegd in een doolhof. We parkeerden ergens de auto en puur op richtinggevoel doorkruisten we de diverse hoeken.

      

Tot ineens! Ja, daar was de Oude Dijk, nu een fietspad toen de zandweg waaraan de wielerbaan gelegen was. We kwamen voor een slagboom die het autoverkeer uit het gebied moest houden en ik herkende de oude voetbalvelden van "de Den" waarop nu een manege stond. We volgden de Oude Dijk verder de wijk in want deze moest ergens de Boswinkelbeekweg kruizen.
Hadden we dat kruispunt gevonden dan hadden we ook de wielerbaan te pakken.
Daar doken reeds enige oude bomen op en inderdaad precies bij het kruispunt naast het busstation waren duidelijk de contouren van een ellips te zien, omringd door geslonken wallen en begroeid met nu grote eiken. Men had het niet gesloopt of bebouwd maar als een soort parkje intact gelaten. Ik moest even een brok in de keel wegslikken. Dit was dus over van de geheimzinnige plek die ons als kind aantrok maar gelijktijdig ook vrees inboezemde. Er waren nieuwe huizen gebouwd, maar ook de paar oude huizen van vroeger stonden er nog. En wie woont er in het oude boerderijtje? Wielrenner Joost Posthuma. Kan geen toeval zijn! Het kostte ons een kwartier om de auto terug te vinden maar dat kon de pret niet drukken.
Zo trots als een hond met zeven lu…. sorry staarten, mailde ik Mini mijn succesvolle speurtocht door en kon het niet laten onderstaand rijmpje onder haar neus te wrijven; .

'k vond hem 't eerste klinkt mijn lied
'k vond hem 't eerste klinkt mijn lied
'k vond hem 't eerste en jij lekker niet.


Ik weet niet wat ze toen dacht, maar het zal wel iets zijn geweest als; "óóóhh, ..... rótjong"!
Maar ja, je bent padvinder of je bent het niet!
Ze is ondanks mijn aanwijzingen nog zes keer op zoek geweest voordat ze het had gevonden.
Maar….. Mini maakte wel de mooie foto’s.


 

 

  
 
              

 

 

TOP

HOMEPAGE